Ondersteunende onderzoeken

Hiermee bedoelen we onderzoeken van anderen die de resultaten van onze eigen onderzoeken bevestigen of onze uitgangspunten onderbouwen:

1) betreft Epidemiologische bevolking onderzoeken, waarin gevonden werd dat “stemmen horen” in een redelijk groot percentage (4%) in de bevolking voorkomt zonder dat er sprake is van psychisch of psychiatrisch ziek zijn, dus bij gezonde mensen


Er zijn zeker drie maal zoveel stemmenhoorders die niet ziek worden dan wel. De volgende onderzoeken toonden dit aan, met de kanttekening dat het slechts een kleine selectie is. In deze onderzoeken werd een psychiatrisch diagnostisch instrument gebruikt om het onderscheid, ziek–niet ziek, vast te stellen.

Tien (1991) Distribution of Hallucinations in the population,  Social Psychiatry and Psychiatric Epidemiology. Hij laat in een Amerikaans bevolkingsonderzoek zien dat slechts een derde moeilijkheden heeft met de stemmen en hulp zoekt of nodig heeft en tweederde niet. Eaton ( et all 1991) Screening for psychosis in the general population with a self report interview.  Journal of Nervous and Mental  Disease 179, 689-693. Zij laten de beoordeling doen door psychiaters en komen hoger uit met het geven van diagnose maar in 60% komen ook zij niet tot een diagnose. Bijl, ( e.a. 1998) Prevalence of psychotic disorder in the general population. Social  Psychiatric Epidemiology 33, 587-596. Dit is het resultaat van een Nederlands bevolking onderzoek onder 7000 mensen uitgevoerd door het Trimbos instituut en bevestigd ook de aanwezigheid van stemmen horen zonder dat er sprake is van psychiatrische ziekte.

2) betreft onderzoek naar de relatie tussen meegemaakte trauma’s en psychose en in het bijzonder stemmen horen.

Een kleine selectie:
Read (et all 2005) Childhood trauma , psychosis and schizophrenia a literature review. in Acta psychiatr. Scandinavica vol 112 no 5 pp 330-350. Zij geven een overzicht van 180 onderzoeken op dit gebied en komen tot de conclusie dat symptomen die gezien worden als een indicatie voor psychose en schizofrenie, met name hallucinaties, tenminste even sterk verband houden met traumatisering als bij vele andere geestelijke gezondheidsproblemen. Recent grootschalig onderzoek laat zien dat het een causale relatie betreft. Lataster et al (2006) . Childhood victimisation and developmental expression of non-clinical delusional ideation and hallucinatory experiences. Soc Psychiatr Epidemiol 41:423-428. vonden in een algemene bevolking studie van 1290 adolescenten bij ervaringen als stemmen horen in sterke mate een samenhang met zowel pesten, sexueel misbruik, lichamelijk geweld en emotionele verwaarlozing over een langere tijd.

3) betreft onder zoek naar de positieve invloed van gespreksgroepen voor stemmenhoorders.

Sara Meddings etall (2006) Attending a hearing voices Group can make a measurable difference to people’s lives in Mental health today, sept.pp26-30. Zij volgde een groep gedurende twee jaar en in die tijd name 21 stemmen hoorders deel en voltooide 17 alle onderzoek instrumenten. Een van de resultaten was, dat de opname frequentie af nam  van een gemiddelde van 39 dagen per jaar gedurende de drie jaar voor afgaande aan deelnamen naar een gemiddelde van 8 dagen per jaar. Verder gingen de deelnemers meer verschillende manieren van omgang met hun stemmen gebruiken van gemiddeld 2,9 naar 5,7.  Zij gingen met meer mensen over hun stemmen praten  van 2,7 naar 14,9. Behalve met andere groepsleden ook met anderen buiten de groep. De zelf werkzaamheid nam toe evenals de zelf waardering en zij voelde meer controle te hebben over hun leven en in staat waren dingen te verwezenlijken, zij voelde zich minder gek. Andere onderzoeken gaven gelijksoortige resultaten zoals het onderzoek van  Til  Wykes e.a. (1999) Group treatment of auditory hallucinations in British journal of Psychiatry 175, pp 180-185. Een Nederlandse publicatie is Adequate hulp  aan stemmen hoorders van het RIAGG Maastricht te verkrijgen bij de Trimbos stichting te Nieuwegein. Zie verder in deze website bij “stemmen hoorders” onder groepen.  

4) betreft onderzoek naar de wetenschappelijke waarde van de psychiatrische diagnostiek.

Hieruit blijkt dat wetenschappelijk gezien de diagnostiek van de DSM  waardeloos is voor wat de indeling van psychosen betreft. Er is geen onderbouwing van de betrouwbaarheid en van de validiteit d.w.z. het zegt dus niets een Diagnose. Er is geen ziekte eenheid Schizofrenie dat is een constructie door psychiaters gemaakt, maar grenst mensen niet van elkaar af, omdat ze een ziekte gemeen hebben. Ze hebben wel problemen, maar die worden niet verklaard door een bepaalde ziekte. Een kleine selectie van onderzoeken:

 Jan Dirk Blom (Nederlands onderzoek  door een psychiater) Deconstructing Schizophrenia De eerste zin: “Schizofrenie is een hypothetisch construct met een validiteit van nul”. Uitgegeven door Boom in Amsterdam in 2003. Bentall Richard P. (1990) Reconstructing schizophrenia. Routledge London. Dit onderzoek toont net als het vorige en het volgende onderzoek ook aan dat de diagnose wetenschappelijk nergens anders op gegrond is dan op de overtuiging van psychiaters.

Boyle Mary Mary. (1990; 2002) Schizophrenia- A scientific delusion? Routledge London. Het is wetenschappelijk dus meer verantwoord de klachten te onderscheiden zoals stemmen horen en persoonlijke ongewone overtuigingen (wanen genoemd). Daar goed naar te leren luisteren en daar van de oorzaken te zoeken en de mensen te helpen hun problemen op te lossen. zie werk van Romme en Escher onder “herstellen”

vorige pagina